Duurzaamheid

Laat ons maar wilgen knotten’

Tussen de Achterhoekse velden piept en kraakt de houten voordeur van een boerderij. Bukkend komt een twintiger binnen om zich tussen zijn leeftijdsgenoten te wurmen. Een paar staan schouder aan schouder af te wassen, een ander manoeuvreert zich al tandenpoetsend richting kraan. Lieke (29), droogdoek in de hand, grapt: ‘Dit is het minst leuke deel van het weekend.’
De jongeren gaan wilgen knotten in de buurt. Maar natuurlijk gaat het vooral om het samen zijn. Gisteravond zaten ze rond de open haard op schapenkleedjes op de bank te praten over dromen, het thema van het weekend. Veel gezelliger, vindt Lieke, dan wat er gebeurt in haar woonplaats, aan de Limburgse grens in Brabant. Dat daar nu alles in het teken staat van carnaval, vindt ze niet zonde, maar juist wel handig. Ze besteedt het carnavalsweekend al dertien jaar zo vaak mogelijk met de jongeren van WoesteLand.

Niet voor watjes
Veel van de deelnemers en begeleiders kennen elkaar al van eerdere activiteiten, allemaal jongeren tussen de 16 en 30 jaar. Lisa (19), een van de drie begeleiders, gaat al mee sinds haar dertiende. ‘Dat heeft me veel geleerd over duurzaamheid en natuur en het heeft mijn persoonlijke ontwikkeling beïnvloed’, vertelt ze. ‘Daar ben ik heel dankbaar voor.’

Als iedereen zichzelf goed heeft ingepakt en een plekje heeft gevonden in de paar auto’s die er zijn, rijdt de groep in optocht de weilanden in. Deze activiteit is niet voor watjes, merken nieuwkomers al snel. Jaïr (19), voor de eerste keer mee, krijgt onderweg te horen over verstuikte enkels, teken en afgezaagde duimtopjes. Rutger (32) en Lieke hebben het allemaal meegemaakt.

Jaïr vond WoesteLand toen hij op internet zocht naar activiteiten voor jongeren die van natuur houden. ‘Ik houd niet zo van feesten en zit liever met een boek op de bank’, legt hij uit. ‘Maar deze horrorverhalen schrikken me niet af hoor’, zegt hij stoer. ‘En er zijn altijd EHBO’ers bij’, stelt Rutger hem gerust.

De auto’s worden aan een weg met vijf knotwilgen geparkeerd, naast een akker vol bevroren plassen. Terwijl sommigen meteen hun handen warm blazen en een jongen een sneeuwklokje laat ruiken aan een meisje, krijgen ze een korte instructie. Sjef, een man met evenveel baard als ervaring in wilgen knotten, vertelt dat de goede zagers zo snel mogelijk de boom in moeten. Dan kunnen de mensen op de grond aan de slag met takken verslepen.

Nog een beetje onwennig scharen de jongeren zich rondom de bomen en beginnen boven hun hoofd de onderste takjes weg te knippen. Rutger loopt meteen vastberaden op de grootste boom af, aan de overkant van de weg. Een paar anderen lachen: ‘Hij is in zijn eentje waarschijnlijk sneller klaar dan wij allemaal!’, roepen ze. Rutger is namelijk hovenier.

De twee met het sneeuwklokje hebben de dichtstbijzijnde boom uitgezocht. Danta (19) is al vaker met WoesteLand mee geweest, Koen voor het eerst.. ‘Ik zag een leuke activiteit in Denemarken’, vertelt Koen. ‘Maar ik wilde eerst even kijken met wat voor mensen ik dan zit opgescheept.’

Gezellig vrijwilligerswerk
WoesteLand is sinds 1962 de jongerenclub van IVN, toen nog de Werkgroep voor Kampbegeleiders geheten. Elk seizoen worden meerdere weekends of weken georganiseerd, zowel in Nederland als in het buitenland. De jongerenvakanties in de natuur zijn bedoeld voor deelnemers tussen 12 en 15 jaar of tussen 16 en 30 jaar. De organisatie en leiding is eveneens in handen van jongeren. Met leuk, gezellig en actief vrijwilligerswerk, leren jongeren over natuur en duurzaamheid.

Nieuwe club

Een nieuwe jongerenclub die sinds kort onder de vlag van IVN operereert, is de NatuurOntdekkers, die is opgericht nadat de Wildzoekers van Natuurmonumenten en Vogelbescherming stopte. Bijna dire jaar gleden ging de NatuurOntdekkers van start, met activiteiten voor kinderen van 7 tot en met 12 jaar. De club is nog groeiende en uiteindelijk zal de NatuurOntdekkers steeds vaker kampen organiseren. Het gaat om dezelfde soort meerdaagse activiteiten als WoesteLand, maar dan voor jongere kinderen. “Echt werken, zoals de boswachter helpen, “Het is ongelooflijk belangrijk dat kinderen de natuur ingaan en begrijpen waarom ze die moeten beschermen.”

IVN is blij met de nieuwe aanwas van deze jeugdclub. Op die manier wordt immers de natuurliefde onder de jeugd gestimuleerd.

Takkenwijf

Het zijn vooral mensen die lekker buiten bezig willen zijn, die meegaan met WoesteLand. Zij zijn niet alleen bezig met “soorten scoren”, zoals een deelnemer de activiteiten bij andere natuurorganisaties omschrijft. ‘Dat is ook wel nuttig, dieren en planten tellen, maar ik wil liever echt werken.’ Zo ook Danta. Na een paar knipjes in de boom, vergelijkt ze haar schaar met die van Koen. ‘Kijk hoe minuscuul mijne is!’ roept ze uit. Ze haalt haar schouders op en legt haar schaar weg. ‘Ik word wel takkenwijf ofzo.’ Even later sleept ze de eerste oogst weg onder de boom van Rutger. ‘Als je zaagt, moet je steeds kijken welke tak je het beste kunt weghalen’, Legt ze uit. ‘Daar worden anderen heel gelukkig van.’ Ze stapt even opzij als iemand – ‘Piep, piep, piep! – met een grote tak onder zijn arm achteruit voorbij komt lopen. ‘Ik wil gewoon lekker bezig zijn’, gaat Danta verder. ‘Dat je het na vijf minuten al warm genoeg hebt om je jas uit te doen.’

‘Hei ho, hei ho’, roept een jongen die voorbij marcheert met een dikke tak. Op de grond is het een wir war van mensen en wilgenhout. Sommige takken gaan op de brandhoutstapel, andere worden bewaard voor de dromenvangers die de groep dit weekend van plan is te maken. ‘Van onderen!’, roept Lieke als haar tak over de weg driegt te vallen. Het is inmiddels oppassen geblazen. Elke paar seconden komen steeds grotere takken naar beneden zetten. Ze reiken makkelijk tot aan de overkant van de weg.

Na een uur zitJaïr niet meer in een boom, maar op de grond naast de thermoskan thee. Hij gaapt breeduit. ‘Ik heb even rust nodig.’ Het is trouwens sowieso tijd voor pauze, delen de begeleiders mee. Rutger zaagt nog even snel door, maar heeft nog zeven stompen over als hij naar beneden klimt. ‘Net niet klaar voor de pauze, Rutger, jammer hoor!’, roepen de anderen plagend. Koen staat ook nog in een boom en zoekt de weg naar zijn ladder. ‘Lieke, kun je me helpen?’ Met zijn voet in Lieke’s hand wurmt Koen zich tussen de stompen door en slaakt een zucht van verlichting als hij weer beneden is.